In een brief aan de Tweede Kamer heeft de staatssecretaris van Financiën een prognose gegeven van de forfaitaire rendementen in box 3 voor de jaren 2018 en 2019.
Het forfaitaire rendement is het rendement waarvan de Belastingdienst uit gaat bij het bepalen van het bedrag waarover vermogensrendementsheffing betaald moet worden. Tot en met 2016 werd uitgegaan van een rendement van 4%. Over dit forfaitair rendement werd (en wordt) 30% belasting geheven. Dit betekent dat bij een feitelijk rendement van 1,2% belastingplichtigen meer belasting betaalden over het vermogen, dan dat er aan rente werd ontvangen. Hierdoor is de laatste jaren veel discussie ontstaan over de hoogte van het forfaitaire rendement. In 2017 is daarom een andere systematiek bepaald om het forfaitair rendement vast te stellen.
De prognoses voor 2018 en 2019 zien er als volgt uit (ter vergelijking is ook 2017 opgenomen):
Schijf | Grondslag sparen en beleggen | 2017 | 2018 (vermoedelijk) | 2019 (vermoedelijk) |
1 | Tot en met €75.000 | 2,871% | 2,646% | 2,355% |
2 | Vanaf €75.001 tot en met €975.000 | 4,600% | 4,523% | 4,398% |
3 | Vanaf €975.001 | 5,390% | 5,380% | 5,330% |
Over bovenstaande forfaitaire rendementen moet 30% vermogensrendementsheffing worden afgedragen.
Wil je meer weten over hoe deze rendementen zijn vastgesteld? Klik dan hier.
We verwachten dat de discussie over het forfaitair rendement nog wel even door zal lopen. Te meer daar minister Dijsselbloem banken niet heeft verboden om negatieve rente te berekenen. Triodos is de eerste bank die de rente op spaartegoeden heeft aangepast naar 0%, de verwachting is dat meer banken zullen volgen.
Bron: Ministerie van Financiën | publicatie | 2017-0000016963 | 14-04-2017